donderdag 22 oktober 2015

Een triatlon met of zonder wetsuit – dat is de vraag

Bij lange-afstand triatlons trek je natuurlijk een wetsuit aan, daarmee zwem je nou eenmaal sneller dan zonder. Maar wat doe je als triatleet bij een sprint-triatlon? Hijs je je helemaal in dat zweterige dikke pak voor die 500 meter zwemmen, wat je vervolgens weer helemaal uit moet trekken? Of trotseer je de kou in een gewone zwembroek/badpak/trisuit en bespaar je de tijd voor het omkleden? Wat is sneller? Marjolein Pijper vroeg zich dit af en ik besloot er eens wat aan te gaan rekenen.

Natuurlijk zijn er heel veel persoonlijke variaties in lichaamsbouw, vetpercentages, zwemtechniek en snelheid. Maar laten we eens uitgaan van een normale zwemmer die zo’n 9 minuten doet over 500 meter. Op de website Triatlon226.nl kwam ik een berekening tegen waarbij gesteld werd dat een zwemmer die 5 minuten doet over 400 meter, 20 seconden kan winnen met een wetsuit. Dat is ongeveer 7% sneller. Bij 9 minuten zwemtijd kan je winst met een wetsuit dus oplopen tot ongeveer 38 seconden.


Nu de volgende vraag: hoe lang doe je over het uittrekken van een natte wetsuit? Het kostte mij altijd vreselijk veel gedoe moeite, maar ik ben dan ook geen echte triatleet. Ik vond op YouTube een grappig filmpje waarin een goed getrainde zwemster laat zien dat het in 4 seconden kan. Maar als je het filmpje uitkijkt zie je dat daar wel wat training voor nodig is. Maar stel dat je wat minder geoefend bent en er 8 seconden over doet, dan heb je dus op een 1/8 triatlon 30 seconden gewonnen door het dragen van een wetsuit.

30 seconden is misschien genoeg voor een plaatsje hoger in de ranglijst. Maar de wat minder getrainde wetsuitzwemmers die zo’n ding allen met gestuntel uit kunnen krijgen (ik beschrijf o.a. mijzelf)  kunnen het
misschien gewoon in een zwempak doe. Die 30 seconden is het dan niet waard.

Behalve dan misschien als het water heel koud is, want totaal verkleumd kom je op een fiets ook niet lekker vooruit

Dit artikel verscheen in het oktober-nummer van de Tribune, het clubblad van GVAV Triatlon te Groningen

Triatlons – nu ook voor watjes

Net als op andere momenten deze zomer kreeg Nederland in het weekend van 4 en 5 juli te maken met ongekend hoge temperaturen. 34 graden was geen uitzondering. Een normaal mens moet met zulke temperaturen al bijkomen van een wandelingetje naar de supermarkt, dus sporten was dat weekend geen pretje.

Maar zoals vaker in de zomer stonden er een aantal triatlons op de kalender; onder andere op Texel, Didam en Holten. Na waarschijnlijk lang wikken en wegen besloten de organisaties de wedstrijden af te gelasten of aan te passen aan de tropische weersomstandigheden waar de meeste Nederlanders niet op berekend zijn. Erg jammer voor de mensen die daar al een hele tijd naartoe trainden, maar begrijpelijk vanuit de wedstrijdorganisatie, die zo’n hoog risico niet wilde nemen.


Goed getrainde triatleten, die best een olympische afstand kunnen doen bij 34 graden, waren niet altijd even blij met deze beslissing. Zo werd onderstaande reactie geplaatst op Tricafé:

“Nadat een aantal jaren geleden al een wandel(!)vierdaagse werd afgelast omdat de temperatuur de 30 oversteeg is nu de triatlon aan de beurt. Ter herinnering, de triatlon heeft zijn oorsprong in die gedeelten van de wereld waar boven de 30 de norm is (Hawaii bijvoorbeeld). En bijna alle triatleten willen graag een keer op Hawaii meedoen! Enfin, de door Balkenende gepropageerde VOC mentaliteit schijnt definitief post gevat te hebben.
Wat een onzin!!

Het lijkt inderdaad overdreven, een goed getrainde triatleet, die ook een hele triatlon op Hawaii met hoge temperaturen aankan, draait zijn hand niet om voor een warm wedstrijdje op een Waddeneiland waar ook altijd nog wel een fris windje waait. Maar het gaat juist níet om deze getrainde triatleten.

De triatlonsport heeft een enorme groei meegemaakt de afgelopen jaren. Deze groei is echter bijna volledig ten deel gekomen aan de minder goede atleten. Dit zijn bijvoorbeeld mensen die na lange tijd van inactiviteit weer besluiten om te gaan sporten of af te vallen. Waar zij tien jaar nog genoegen namen met My First 5K, staat nu een (sprint)-triatlon op het programma als ‘doel’. Niet omdat mensen zoveel sportiever zijn geworden, maar omdat uitdagende sporten meer de aandacht trekken. 5 kilometer is niet meer cool genoeg, het moet een triatlon zijn! En voor de meer gevorderde sporters voor wie enkele jaren geleden de marathon het ultieme doel was, staat er nu een ironman op het programma.

Het zijn juist deze deelnemers waar de organisatie zich zorgen over maakt, en het zijn deze deelnemers die in de problemen gaan komen als ze met 35 graden meer dan 2 uur sporten. Het is onmogelijk voor een organisatie om te zeggen dat alleen de goede triatleten mee mogen doen, dus wordt de gehele wedstrijd afgelast.

Tja, dat gebeurt er wanneer een sport populairder wordt. Ook bij marathons is eenzelfde verschuiving opgetreden: meer maar langzamere deelnemers. Ook de marathon van Rotterdam werd vanwege hoge temperaturen in 2007 na 3.5 uur afgelast. De getrainde lopers waren toen al binnen, maar de vele amateurs die het ongetwijfel al zwaar hadden kregen steeds hogere temperaturen te verduren.

De oplossing? Meer triatlons in het voorseizoen? Speciale triatlons voor beginners en gevorderden? Of zorgen dat triatlon weer minder populair wordt zodat alleen de die-hards overblijven?


NB: Ik had deze blog graag willen ondersteunen met gemiddelde finishtijden van sprint-triatlons, ODs of marathons van nu en pakweg 15 jaar geleden, maar na twee avonden het internet afspeuren kwam ik erachter dat het bijna onmogelijk is om volledige oude uitslagen te vinden. Dus, als iemand die kan vinden wil ik er nog wel eens aan rekenen.

Dit artikel verscheen in het september-nummer van de Tribune, het clubblad van GVAV Triatlon te Groningen 

Wetenschappelijk verantwoord aankomen

De vraag van deze maand komt van Ben Kloosterboer. Zoals zoveel triatleten heeft hij geen probleem met overtollige kilo’s, maar moet hij juist zijn best doen om niet te dun te worden. Na een operatie had hij flink ondergewicht, en hij heeft veel moeite moeten doen om weer op gewicht te komen terwijl hij door bleef trainen. Hij vroeg zich af of er een wetenschappelijk onderbouwde methode om dat te doen, want zelf kwam hij er niet echt uit.

Bron: http://www.sport.be/cycling/nl/nieuws/article.html?Article_ID=569812
Als niet al te dikke vrouw heb ik een goede methode gevonden om blijvend drie kilo aan te komen: zwanger worden en vervolgens nauwelijks meer sporten. Maar dit is wellicht niet voor iedereen weggelegd, dus ging ik op onderzoek naar ‘verantwoord aankomen’. Helaas, net als bij afvallen is er geen magische methode of voedingsmiddel. Al zoekende kwam ik veel berichten tegen over voedingssupplementen en poeders, dingen die in sportscholen nog wel eens gebruikt worden, maar net als bij afvalpillen geldt: blijf daar vanaf!!  Een andere parallel met afvallen, is dat de meeste berichten en tips over verantwoord aankomen gericht zijn op vrouwen. Wat wel duidelijk is uit alles wat ik gelezen heb: als je wilt aankomen, moet je niet iedere dag ijsjes, patat met mayonnaise en repen chocolade eten. Daar zitten inderdaad wel lekker veel calorieën in, maar je kunt beter verantwoord aankomen met góede voedingsmiddelen. Zeker als sporter heb je meer belang bij spiermassa dan bij een laagje vet (alhoewel dat laatste voor het (buiten)zwemmen wel prettig is). Ook remt veel vet je eetlust, dus dan kom je niet aan de goede voedingsmiddelen toe.

Wat je dan wel moet eten? Goed, gezond en gevarieerd, eigenlijk hetzelfde saaie riedeltje voor iemand die wil afvallen. Alleen als je wilt aankomen moet je ervoor zorgen dat je nooit een maaltijd overslaat, en dat je tussen iedere maaltijd een tussendoortje moet nemen. Ook als je eigenlijk geen trek hebt. Gebruik altijd voedingsmiddelen die voedzaam en gezond zijn, en niet teveel snelle suikers bevatten. Schep bij iedere maaltijd altijd iets meer op dan je normaal zult doen, en neem de tijd om te eten, dan kun je meer op. En richt je niet alleen op de magere producten: het is goed om wel wat suiker en vet binnen te krijgen. Neem van bepaalde voedingsmiddelen bijvoorbeeld juist de vette(re) variant: geen magere melk of yoghurt maar volle; doe een schepje suiker of honing in je koffie of thee en beleg je boterhammen dubbel (pindakaas met hagelslag, ham én kaas). Zorg ervoor dat je van je eten geniet, en kook of koop dingen die je echt lekker vindt.

Als drukke (top)sporter schiet te tijd om goed te eten er nog wel eens bij in – uit je werk vandaan gelijk door naar de training, en als je dan laat thuiskomt nog snel even een boterham. Dat schiet natuurlijk niet op als je wilt aankomen. Is dit 1-2 avonden per week nou eenmaal je schema, hou daar dan rekening mee. Kook van te voren meerdere porties, zodat je voor of na de training snel wat écht eten kunt opwarmen. Of ga voor de warme lunch tussen de middag op je werk (in steeds meer bedrijfsrestaurants kan dat).

In de vrouwenblogs die ik vond werd aangeraden om júist te gaan sporten, omdat je daardoor meer spiermassa ontwikkelt, je daardoor aankomt en er beter uitziet dan wanneer je helemaal zo’n magere lat bent. Aan de fanatieke triatleet hoef ik dit niet te vertellen – maar als je herstellende bent van een operatie of flinke griep is het misschien verstandig te overwegen de trainingsintensiteit iets terug te draaien. Die hele triatlon hoeft natuurlijk niet per sé dit jaar, volgend jaar is vast ook een mogelijkheid. Met drie keer per week trainen hou je je conditie ook op peil en kun je je lijf wat meer rust en herstel gunnen om aan te komen. Kortom: eet en sport verstandig! Heel saai, maar wél wetenschappelijk verantwoord.

Bronnen:
http://bit.ly/1IosMln
http://bit.ly/1GVEIss

Dit artikel verscheen in het juli-nummer van de Tribune, het clubblad van GVAV Triatlon te Groningen